Doorgaan naar hoofdcontent

Mijn dode kleinzoon


Ik heb vandaag mijn dode kleinzoon naar huis gereden.
Uit het ziekenhuis waar geen gekrijs te horen was
of een vermoeide, maar blijde lach van zijn ouders.



In mijn verbeelding nam ik alle rotondes net even te strak en te hard
om hem – net als zijn neefjes - hard te laten lachen.
Hij gaf geen kik, geen geluid, er was doodse stilte.

Eerder had ik dit nieuws vol stomheid gehoord
en schreef die dag iets over dat hij op me wacht
en in goede handen is, iets dat ik goddank ook geloof.

Maar later die avond, toen hij in zijn eigen bedje lag
en ik een foto kreeg met ‘welkom thuis lieve Lex’
schoot er een steek van woede door mij heen.

Je bent verraden door het leven Lex.
Game over, pech gehad, terug naar af
zoiets. Boosheid, onmacht, verdriet.

Jij kunt niet meevoetballen met de rest
of nieuwe lego trucs laten zien aan je broer
niet meelachen om stomme grapjes op de bank.

Jij leert niet lopen en vallen en lopen.
Probeert geen nieuwe woorden uit
of maakt salto’s en klimt ergens omhoog.

Jij en ik gaan niet discussiĆ«ren – later - over het leven.
Maken geen lol samen, of gaan uitvindingen bedenken.
Jij en ik zullen elkaar hier niet meer zien.

Ik zal het moeten doen met een herinnering,
een hoop, een liefdevolle gedachte aan jou.
Ik zal het moeten doen met wie jij voor mij bent.

Mijn kleinzoon, jouw grootvader.

©Ron van Es

Populaire posts van deze blog

Er is altijd jij

Er was altijd jij Die ander die tegenover Die iemand die mij weersprak Die spiegel van mijn woorden Er was altijd een jou Die vrouw die man Die mens die ik tegenkwam Die opving die altijd wist Er was altijd de jij Voor verwijten en gezeur De andere kant van mij Die ik ondanks liefhad Er was altijd jij Waar ik een samen was Hoofd handen hart Het lijf warm van ons Er is altijd jij Al is alle tijd nu anders Is dichtbij ver weg geworden Zijn wij wij niet meer Er is altijd die jij ©Ron van Es

Weggewaaid

Ik zag deze ochtend een kerkhof oude stenen platen met hun woorden van langer geleden uitgewist. Er was daar een anekdote van de kerk waar zondags mensen van heinde en verder met hun uiteengewaaide hoofden kwamen. Bij binnenkomst lag er een kam klaar om de haren mee te fatsoeneren. Na de dienst klopte de koster de kam met losse haren dan leeg over het kerkhof. Zo waaide de haren overal heen tussen zerken en weilanden net als de preek die net gehoord was. Al die haren vol gedachten en ijdelheden, kozen in eigen waan hun eigen weg, zochten nog een laatste stenen woord voordat de wind hen verder blies. ‘Alles wat vastzit, raakt ooit verloren’ ©Ron van Es

De liefde van het hart

Het voelen van het hart die pompende materie, pulserende kamers, stromen van bloed en leven, het jagen van het hart. De pijnscheuten van het hart, die heilloze tocht, klagende galm voetstappen in een uitgestorven straat, de eenzaamheid van het hart. De waanzin van het hart, die zanderige verstuiving, een blazende trompet klinkt als wanhopig in het rond, de gekte van het hart. Het einde van het hart, die fladderende nacht, bewogen ochtend, waar contouren in de steigers staan, het begin van het hart. De liefde van het hart, die haar zo beminnen laat, loslopend wild en nieuwe jachtterreinen doet opengaan, de liefde van het hart. ©Ron van Es