In het witte tafellaken
Loopt een vouw
Zacht door het midden
Loopt een vouw
Zacht door het midden
De tafel wordt verdeeld
In de ene en de andere kant
Over en tegenover
Alle ogen staren naar
De witte dwingende vouw
Handen in de schoot
Stilte, een klein zuchten ontsnapt
Verder is er de zachte lijn
Van jij, maar, toen en ik
Zelfs het verschuiven
Van een leeg glas
Geeft geen ruimte
In het midden blijft
De vouw als een grens
Tussen mogelijk en onmogelijk
©Ron van Es